Abdi Nageeye via Tilburg en Amsterdam naar Rio!

Achteraf is het in meerdere opzichten een goede beslissing geweest. Want hoe zou zijn carrière verlopen zijn als voetballer? In ieder geval had het niet geleid tot een EK in Frankrijk. In plaats daarvan reist Abdi Nageeye deze zomer af naar Rio voor deelname aan de Olympische Spelen.

‘In 2007 voetbalde ik nog. Ik wist niet dat ik talent had voor atletiek. Ik deed mee aan een wedstrijd nadat iemand op een verjaardag zei: “Abdi ga je mee hardlopen?” Het was een ervaren loper, iemand die al 9 jaar liep. Ik dacht eerst nog we gaan lekker fietsen of zo. Hardlopen was wel het laatste waar ik aan dacht. Maar hij bleef maar pushen. Uiteindelijk ben ik gegaan. Ik had geen zin, dat veranderde pas vlak voor de wedstrijd. Ik was bang om te verliezen! Ik wilde wel echt mijn best doen. Ik liep 5 km in 17 minuten en een beetje en daarmee won ik de wedstrijd. Winnen is zo mooi, op het podium staan, al die aandacht. Ik vond het leuk! Ik voelde me helemaal niet moe. Ik vroeg na afloop direct wanneer de volgende wedstrijd zou zijn? “Volgende week vertelde iemand.” Ik liep weer 5 km en eindigde in 16 minuten en nog een beetje. In de doorkomst van de 3e km noteerde ik een snellere tussentijd dan die loper met 9 jaar ervaring. Sterker nog: zo’n tussentijd had hij nog nooit gelopen. Een 10 kilometer wedstrijd liep ik in 31 minuten. Ik werd meegenomen naar een hardloopwinkel. Ik kreeg meteen een tas met allemaal spullen. Ik stond ook in de krant in Zwolle. Ik was een gewone jongen, een speler van de A1 in Oosterwolde maar de mensen keken nu plotseling tegen me op. Ik dacht “Wauw” hier kan ik wat mee bereiken. Ik wil hier vol voor gaan. Het is belangrijk als mensen je waarderen, je kunt beroemd worden, belangrijk zijn, het was leuk! Ik won alle wedstrijden.
In juli begon ik met hardlopen en in november was ik geplaatst voor het EK cross… Ik dacht: “Ok Abdi je doet nu iets goed” al heeft het wel een paar maanden geduurd voordat ik dat ging beseffen.’

12356728_10205657146563923_2890167451075713310_o

Beginnersfouten
‘Natuurlijk maakte ik fouten. Beginnersfouten, misschien wel 3 of 4 keer dezelfde. Maar je leert er ook van. Zo deed ik bijvoorbeeld na de training niet altijd een droog shirt aan met als gevolg een fikse verkoudheid. Wanneer je dan een paar dagen later weer een wedstrijd hebt, voelt dat niet goed. Ik heb echt heel veel fouten gemaakt. Een fout die ik in het begin maakte is om naar iedereen te luisteren. Veel mensen kwamen naar mij toe met raad en wilden iets voor me doen. Wanneer je jong bent en geen ervaring hebt, geloof je de mooie praatjes en denk je “die is aardig”. Je luistert en het klinkt al snel interessant. Maar je moet je eigen keuzes maken. Je moet je manager niet laten bepalen wanneer je moet gaan lopen. Dat is soms heel moeilijk. Je kunt natuurlijk wel naar zijn advies luisteren. Je moet op je familie kunnen bouwen of op goede vrienden. En natuurlijk je trainer. Ik ben te vaak gewisseld van trainer. Ik verwachtte te veel. Je wilt grote stappen maken en dat is niet altijd goed. De trainingen waren goed maar ze waren niet altijd goed voor mij. Ik heb sommige trainers te snel verlaten. Ik hoefde maar een ander te bellen en ik mocht komen, ze wilden mij hebben. Je moet rustig blijven, geduld hebben, trainen en ergens naar toe werken. Bovendien moet je vertrouwen houden ook als het wat langer duurt voordat je succes hebt met elkaar.’

Trainen
‘Als beginner is het belangrijk dat je een programma opbouwt. Je moet een piekmoment hebben om ergens naar toe te werken. Je gaat anders onnodig druk op jezelf leggen. Je moet je voorbereiden op wedstrijden. In aanloop naar bijvoorbeeld de Tilburg Ten Miles moet ik gewoon lekker blijven trainen. Het zou niet goed zijn als ik aan de vooravond al 10 dagen rustig aan ga doen. Ik wil mijn kilometers maken en gewoon hard lopen zonder al te veel aanpassingen en zonder veel druk op mezelf te leggen. Ik kan dan zo’n Ten Miles gebruiken als een mooi meetmoment.

Tegen recreatieve lopers zeg ik: “Je moet het aantal trainingskilometers afstemmen op je ervaring en de tijd die je hebt om te lopen.” Het is niet goed om mij als voorbeeld te nemen. Ik train vaak 2 maal per dag en maak veel kilometers per week. Mijn favoriete training is een lange duurloop, een lange harde duurloop, een fartlektraining en de lange tempo’s. Ik haal heel veel plezier uit mijn trainingen. Ontspanning is ook belangrijk. Ik geniet van koffie drinken, lekker lezen, tv kijken, uitrusten en uitkijken naar de volgende training. Maar met andere dingen houd ik me niet bezig. Heeft ook geen zin. Ik wil over een paar jaar kunnen zeggen dat ik het maximale eruit heb gehaald.’

 

Voeding
‘Ik heb iemand die mij op de fiets volgt. Die zorgt dat ik de voeding krijg die ik nodig heb. Het is een professionele planning. Elke 5 km heb ik wat te drinken of krijg ik een gel. Ik drink sportdrank of een gel waar ik ongeveer 2 slokken water aan toevoeg zodat ik het in 4 slokken weg kan drinken. Ik heb een kleine bidon van 250 ml waardoor ik snel kan drinken. Je moet dat tijdens een wedstrijd tijdig nemen. Je hebt het gewoon nodig. Mensen onderschatten dat vaak. Drinken tijdens een wedstrijd is trouwens nog niet zo eenvoudig. Je moet zorgen dat je je hoofd niet te ver achterover doet want dan giet je het in je nek. Voor de lopers die rond de 2.35 uur lopen is het een stuk lastiger. Die mogen namelijk geen fietser inzetten om ze te helpen.’

11845002_10205010897968112_3919167807969911852_o

Record
‘De Tilburg Ten Miles ging lekker! Op de 15 km liep ik zelfs een Nederlands record. Echter de accu van de tijdsregistratie bleek leeg en dus heeft op het 15 km punt geen registratie plaatsgevonden. Ook de scheidsrechter die de tijd had kunnen waarnemen was niet aanwezig op dat punt. Er stond slechts één persoon en dan telt het niet. Erg jammer want ik liep echt een dik Nederlands record. Ik train zo hard. Een Nederlands record is een beloning. Tijd om er langer bij stil te staan heb ik niet. Teleurgesteld was ik wel. Het is geen rondje om de kerk, het is een grote wedstrijd. Amateuristisch? Wat moet ik zeggen…. Gelukkig kon aan de hand van videobeelden later toch het record op mijn naam worden gezet. Achteraf viel het dus toch mee. Maar ik dacht echt dat het record aan mijn neus voorbij was gegaan.’

12295476_10205633684177378_7116536962792999226_n

Amsterdam TSC Marathon
‘Na de Ten Miles ging ik op trainingskamp om me klaar te stomen voor de marathon van Amsterdam, daar wilde ik de limiet voor de Olympische Spelen lopen. (Losseveter maakte een fraaie reportage die te zien is op https://vimeo.com/139566243 red.)
In Amsterdam liep ik al vrij snel voorop in de wedstrijd. Michel Butter volgde vlak achter mij en Khalid Choukoud pikte later aan bij Michel Butter. Ik voelde me heel goed tot 35 km, tot 30 km zelfs super goed. Na 35 km liep ik op het schema van 2.09.50. Toch verloor ik nog veel. Ik had helemaal geen gevoel meer in mijn hamstring en voetzool. Het was koud en de luchtvochtigheid was heel hoog. Daar had ik veel last van en ik raakte het goede tempo kwijt. Gelukkig waren er nog wel een paar Kenianen in de race die ik als richtpunt kon gebruiken. Alleen lopen is heel erg lastig. Uiteindelijk liep een minuut van mijn persoonlijke recordtijd af. Dat is veel! En ik kwalificeerde me voor de Olympische Spelen. Dat is natuurlijk fantastisch! Ik ben super blij zoals het is gegaan. En eigenlijk voelde ik me de dag na de marathon al weer goed. Het is wel belangrijk om goed voor jezelf te zorgen. Ik ben bij de fysiotherapeut geweest om mijn spieren te laten behandelen. Je moet je spieren wakker houden. Lekker een beetje fietsen anders krijg je problemen. Er is nu geen tijd voor ontspanning en twee weken niet doen. Ik ga me nu ontspannen voorbereiden op de volgende marathon. Ik wil begin april nog een marathon lopen dan heb ik nog 4 maanden om me voor te bereiden op Rio. Op weg naar de volgende marathon loop ik nog de Zevenheuvelenloop in Nijmegen en misschien de halve marathon van Egmond.’

Eindredactie: René Vermetten