Jip Vastenburg: ‘Train met verstand.’

Jip Vastenburg: ‘Train met verstand.’

Jip Vastenburg (21) won goud op de 5000m tijdens het EK voor junioren in 2013. In 2015 was ze de snelste op de 10.000m tijdens het EK onder 23 en finishte als 11e op die afstand tijdens het WK in Beijing. Nu heeft Jip een droom. Ze wil graag schitteren tijdens de Olympische Spelen in Rio. Mensen om haar heen zoals haar familie, vrienden, de fysiotherapeut helpen haar daarbij. Natuurlijk speelt haar coach ook een belangrijke rol, maar bovenal vertrouwt Jip op haar eigen gevoel. Haar trainingservaringen deelt ze graag met RunFit Tilburg.
12273719_1265140556846002_5416626608675900185_o

Je traint soms op nuchtere maag. Is dat verstandig?
‘Ik doe dat alleen op dagen waarop ik een duurloop afwerk. Dat zijn dan ook de dagen waarop er 2 trainingen gepland staan. Ik wil zo mijn vetverbranding stimuleren maar let daarbij wel goed op de snelheid die ik loop tijdens die training. Tijdens een rustige training komt de vetverbranding op gang, loop je een normale trainingssnelheid, dan verbrand je koolhydraten. Bovendien loop ik niet langer dan een uur op nuchtere maag. Langer zou ik ook niet aanraden want dan ligt de hongerklop op de loer. Door op zo’n dag niet te ontbijten, past het tijdschema van die dag ook beter in elkaar want er is voldoende tijd om te herstellen na afloop en om 15.00 uur staat de 2e training al weer op het programma.’

Welk tempo houd je dan aan? Wat is niet te hard?
‘Het tempo zegt niet zoveel. Ik werk met de hartslag. Die is verdeeld in zones 1 tot en met 5, maar ook zone 0 en zone max (dat is de zone tot aan de laatste 10 slagen van je maximale hartslag). Mijn hartslag hou ik onder de 135 slagen tijdens de rustige duurloop. Het tempo dat ik loop kan daarbij dus wisselen. Dat heeft te maken met de fitheid. De ene keer loop je misschien 12 km/h en een andere keer kan dat wat sneller of langzamer zijn.’

Let jij verder wel op je voeding?
‘Ik probeer het hele jaar daar op te letten. Ik ga naar een voedingsdeskundige die mij helpt aan de hand van mijn bloeduitslagen. Op die manier proberen we een balans te vinden waarbij ik me goed voel. Ook wanneer ik niet fit ben probeer ik zo normaal mogelijk te eten.’

Wat eet je als je een wedstrijd hebt?
‘Voor een wedstrijd zie je vaak dat mensen ineens anders gaan eten. Terwijl het volgens mij juist goed om te doen wat je altijd doet. Je lichaam is daar immers aan gewend. Ik breng hooguit een paar kleine veranderingen aan. Op een wedstrijddag eet ik wit brood in plaats van bruin brood. De verbranding van wit brood gaat sneller en daar haal je wat meer koolhydraten uit. En normaal eet ik vaak kipfilet, rosbief en dat soort dingen, maar rondom wedstrijden eet ik zoet beleg zoals jam of appelstroop. Het zoet kan ik wel gebruiken omdat ik het suiker en de koolhydraten wel verbrand.’

Heb je dan ook een vast patroon voor een wedstrijd?
‘Ik heb gelukkig niet snel last van mijn darmen maar ik zorg wel dat ik minimaal 2 uur voor de wedstrijd heb gegeten. Je moet voorkomen dat het eten te zwaar valt. Het kan natuurlijk gebeuren dat je een wedstrijd hebt die al vroeg start. Dan ga ik toch normaal ontbijten en dan neem ik nog iets kleins 2 uur voor de wedstrijd. Dat kan zijn een sportreep, een witte boterham, of een cracker. Als het maar licht verteerbaar is.’

Hoe bereid jij je voor op een wedstrijdparcours?
‘Voor een wegwedstrijden doe ik dat niet echt. Ik vind het wel lekker om me te laten verrassen. Bij een cross wil ik wel even een rondje lopen over het parcours. Dan vind ik het wel belangrijk om te weten wat ik tegenkom.’

Op het startnummer staat vaak vermeld “Drink goed bij warm weer ” en ook staan er drankposten op het parcours. Is dat voldoende?
‘Nee, eigenlijk niet want het begint al eerder. Ik vind het belangrijk om goed te drinken. Wanneer je al niet goed drinkt op de dag voor een wedstrijd dan is het kwaad al geschied. Ik drink vooral thee, koffie en water maar toch voornamelijk thee. Maar ook gewoon limonadesiroop. Bij een training drink ik SIS Electrolyte. Dat is een sportdrank die aanvult wat je verbruikt. Bij erg warm weer gebruik ik ook Hydro tabletten. Die zorgen voor een goede balans omdat je bij hoge temperaturen natuurlijk meer transpireert en daardoor extra vocht verliest. Maar tijdens de wedstrijd is het voornamelijk water dat ik drink!
Sportgels gebruik ik wel maar dan minder ik de hoeveelheid sportdrank. Het voordeel van de SIS gels is dat ze wel zoet maar niet mierzoet zijn. Bovendien zijn ze makkelijk ‘weg te krijgen’ in tegenstelling tot een oplossing in een bidon. Het nadeel van een bidon is dat je vaak veel lucht binnen krijgt. Dat drinkt niet fijn en er blijft vaak ook nog wat op de bodem in de bidon zitten.’

Nu de temperaturen dalen besteed je dan extra aandacht aan je kleding?
‘Ik heb als stelregel dat ik onder de 15 graden altijd in een lange broek train. Wat me wel verbaast bij mensen die een tight dragen is dat ze er vaak hele korte sokken bij aan doen. Dat raad ik af omdat je achillespees dan bloot ligt. Je kunt dat heel makkelijk voorkomen door gewoon normale sokken aan te trekken.
Ik heb het meestal snel koud en train vaker met een jack aan dan dat ik in een korte broek loop. Ik vind het niet fijn om koude armen te hebben. Bovendien verlies je via je polsen heel snel warmte. Om dat te voorkomen kun je tijdens een wedstrijd armwarmers gebruiken. Dat is een goede oplossing en het houd je goed warm.’

Hoeveel paar schoenen heb jij?
‘Een paar trainingsschoenen voor de korte tempo’s, duurloopschoen, wedstrijdschoenen en spikes voor op de baan of tijdens de cross. That’s it.’


Voeten worden bij lopers vaak slecht verzorgd. Het gevolg is blauwe tenen, blaren, eelt en ingegroeide nagels. Heb jij daar last van?

‘Ik ga regelmatig naar een pedicure want ik merk dat sinds ik daar heen ga, ik er profijt van heb. Door de pedicure heb minder vaak last van blaren. Het is volgens mij wel een onderschat probleem. Mensen vergeten er vaak aan te denken en zeker bij een marathon kan het best vervelend worden, je loopt toch grote afstanden. Een pedicure kan je goed helpen op dit gebied. De voeten zijn vreemd genoeg toch een beetje een ondergeschoven kindje. Ik merk het verschil en mijn nagels zien er ook een stuk beter uit.’

Welke fouten heb jij gemaakt en waar heb je van geleerd?
‘Je kunt altijd leren van je fouten, zeker als je net als ik pas 21 bent. Neem mijn race in 2012 in Barcelona. Ik was echt super zenuwachtig en ik liep niet zo best. Toch was het voor mij wel een eye opener. Ik werd bijna op een ronde gezet. Ik besefte vanaf dat moment dat als ik iets wil bereiken, ik het wel vanaf nu moet doen! Het gat met de wereldtop is best groot dus moet ik er alles voor geven. Neemt niet weg dat ik er natuurlijk ook zeker van mag genieten.’

12339288_1265596720133719_8766678690129702562_o
Heb je nog wel tijd om te genieten?

‘Je bent natuurlijk zo gefocust op de race en je wil zo graag presteren. Maar ik vind het belangrijk om daarnaast ook even een moment voor mezelf te hebben. Dat heb ik in Beijing ook gedaan. Je beseft dan pas wat je eigenlijk aan het doen bent. Zeker ook als recreant moet je dat doen. Kijk eens naar de mensen om je heen, de mensen langs een parcours. Je mag best trots zijn op jezelf.’

Hoe gaat het met de sponsors voor Rio?
‘Op zich wel goed! Global Sports helpt me daar ook bij. We hebben leuke ideeën en zijn er volop mee in de weer. We willen zorgen voor een goede balans. Het mag niet zo zijn dat het onderhouden van de sponsorcontacten en geven van clinics ten koste gaat van de sportprestatie. Maar het onderhouden van een persoonlijke band vind ik wel belangrijk!’

Eindredactie: René Vermetten
Foto’s: Iwan Oprins