Stan Niesten: ‘Ik geloof heilig in de uren voor middernacht’

stan3 - kopie
‘Ik geloof heilig in de uren voor middernacht’

Stan Niesten (19) maakte een goed jaar door. Hij draaide een prima
baanseizoen en pakte onder andere 5 nationale titels in 2 maanden tijd. Hij
deed mee tussen de grote mannen zoals Butter, Choukoud, Hoornweg en
Polderman tijdens het crossgala in de Tilburgse Warandeloop. Daar verliet
hij met een verdienstelijke 27e plaats het veld. Tijdens het EK Cross 6000
meter voor junioren had Stan geen weerstand van dit gezelschap en mocht hij
het opnemen tegen de Europese top in zijn leeftijdscategorie. Hij finishte
op de 6e plaats en kan dus erg tevreden terug kijken.
Het Europees Kampioenschap is voor junioren de grootste wedstrijd van het
jaar. Stan laat een aantal aspecten rondom de wedstrijd nog eens de revue
passeren:

Wedstrijdverloop
‘Voor mij verliep de race zo goed als perfect! Ik moest starten in een
startvak helemaal aan de buitenkant, startvak 22 van de in totaal 24. In het
midden was er plaats ingeruimd voor de grote landen zoals Groot-Brittannië
en Italië. Het enige voordeel dat ik had was dat het niet zo dringen was bij
de start. Na de start volgde er een bocht. Ik ging er op volle snelheid, een
beetje aan de buitenkant, in. De andere atleten deden dat niet en ik kwam
van positie, pak ‘m beet, 25 ineens op plek 3. Dat was even schrikken, maar
ik had mezelf snel weer onder controle. Het liep heel lekker. Ik kon goed
meekomen en na 2 ronden liep ik in positie 3 tot 5. Bij ronde 4 was er een
stukje bij een paardenrenbaan dat slecht te belopen was. Het zag er
misschien voor de buitenstaander makkelijk uit maar ik heb daar wat tijd
verloren. Richting de finish was er een lang recht stuk van misschien wel
200 meter. Daar kon ik er nog een paar terugpakken. Ik had veel power en
energie.’
Stan1 - kopie
Tactiek

‘Mijn bedoeling was om in het begin van de race iets in te houden. Je ziet
vaak in dit soort wedstrijden dat mensen zich over de kop lopen en de motor
opblazen. Dat kost ze uiteindelijk veel plaatsen. Het was mijn bedoeling om
attent mee te lopen met de kopgroep. Een beetje bij toeval kwam ik na 500
meter dus al rond plek 3 te lopen. Ik wist dat ik een Zwitserse jongen in de
gaten moest houden. Die Zwitser liep een paar maanden terug 13.48 op de 5000
meter en op de 10 km liep hij 28.49. Toen hij wilde wegspringen, ging ik met
hem mee en dat ging goed. Toen er later ook  nog een Italiaan wegsprong had
ik daar geen antwoord op. Ik wist dat ik goed mijn eigen race moest blijven
lopen. Ik had het vertrouwen en de kracht om aan het einde ‘los’ te gaan.
Vanaf de boomstammen heb ik dat ook gedaan en ik haalde nog 3 à 4 personen
in. Dat heeft me naar een mooie 6e plek geholpen.’

Voorbereiding
‘Op de zaterdag voor de wedstrijd heb ik het parcours verkent. Ik zocht ook
een paar ervaren EK Cross lopers op. Ik vroeg ze naar de lengte van hun
spikes. Je kunt daar veel van opsteken! Ik had zelf het idee om spikepuntjes
van 9mm te gebruiken en dat heb ik uiteindelijk ook gedaan. De puntjes waren
nieuw en dat heeft als nadeel dat ze zo scherp zijn dat je makkelijk in
kleine steentjes trapt. Om dat te voorkomen maak ik de puntjes iets botter.
Dat doe ik door de toppen wat af te schaven. Ik loop gewoon op de weg totdat
de scherpe puntjes eraf zijn.
Je moet de voorbereiding verder doen zoals je die altijd doet. Ik ga vrij
ontspannen de wedstrijd in. Wanneer ik mijn vader of moeder zie, maak ik wel
even een praatje. Tijd voor lange gesprekken heb ik niet want ik wil me wel
weer snel focussen. Wanneer je teveel bezig bent met een wedstrijd levert
dat stress op. Stress kost energie dus loop je minder hard en dat is wel het
laatste wat je wilt.’

Verzorging
‘Ik zorg goed voor mijn lichaam. De pedicure bezoek ik elke 2 maanden. Dat
vind ik echt belangrijk! Het is niet fijn als je last hebt van kleine dingen
zoals bijvoorbeeld een ingegroeide teennagel die je had kunnen voorkomen. In
de 2 weken voor de wedstrijd heb ik de fysiotherapeut bezocht voor
preventieve behandelingen. Ik wilde er alles aan doen om fit te zijn. Ik
wilde geen risico nemen. Stel dat mijn heup iets geforceerd was en ik niets
zou doen, dan had ik er achteraf spijt van gehad.’

stan2 - kopie

Voeding
‘Ik doe geen speciale dingen maar ik houd wel rekening met wat ik eet. Ik
wil graag mijn eigen ritme en eetpatroon aanhouden. Ik vind dat ik te jong
ben om uitgebreid sportvoedingsproducten te gebruiken. Ik kan daar altijd in
de toekomst nog stappen in maken.’

Rust
‘Mijn wedstrijdopbouw kent af en toe ook een rustperiode. Na het EK Junioren
heb ik anderhalve week niets gedaan behalve een beetje loslopen. Ik ben
daarna weer gaan trainen en ben me stap voor stap gaan voorbereiden op mijn
wedstrijden. Bij de Van dam tot dam loop eindigde ik als 4e Nederlander en
ging het aardig. Eigenlijk ging het elke wedstrijd beter. Ik had een prima
opbouw. Je moet continuïteit brengen in je schema daar kun je resultaten uit
halen. Je hoeft niet hard te trainen als het maar regelmatig is. Ik ga niet
heel laat naar bed, ik ben er heilig van overtuigd dat de uren voor
middernacht dubbel tellen voor je rust. Het is niet goed voor een sporter om
laat naar bed te gaan. Je hebt de rust nodig. Ik lig iedere avond voor tien
uur op bed.’

Eindredactie: René Vermetten